Wat is dat nou precies?
Dat is wat ik veel hoor als ik het ergens over dit onderwerp mag hebben. “Ik dacht dat we gingen kijken hoe wij als club ook een G-elftal kunnen opzetten”. “Ik dacht dat je ons ging vertellen dat we een regenboog vlag op moeten hangen” (nu zal ik het woord “moeten” sowieso niet snel gebruiken) of “Ik dacht dat je ons ging vertellen waar we een groep senioren kunnen vinden voor onze walking sports activiteit”. Je begrijpt het waarschijnlijk al… Dat vertel ik eigenlijk nooit!
Ik vind het namelijk belangrijk om je eerst wat meer kennis en gevoel te geven over wat die containerbegrippen betekenen. Zodat je uit je tunnel(visie) kunt stappen en breder naar het thema inclusie in de sport kunt kijken. Zodat we het niet alleen hoeven te hebben over mensen voor wie sport minder vanzelfsprekend is, maar eigenlijk over iedereen. Dus voor ik verder ga, laat ik het eens hebben over die definities.
In Nederland hebben we het vaak over Diversiteit en Inclusie. In de (voornamelijk) buitenlandse literatuur gaat het overigens vaker over Diversity, Equity and Inclusion (DE&I). Helaas zijn er voor deze termen geen eenduidige definities te beschrijven. Toch ga ik ze hier wat meer voor je duiden:
- Inclusie: Afgaand op de vele verschillende definities van inclusie (want die zijn er) lijken een aantal kenmerken essentieel onderdeel van het begrip inclusie. Zoals het bewustzijn van verschillen, het aangaan van gelijkwaardige en wederkerige relaties en gelijke kansen en mogelijkheden (insluiting in plaats van uitsluiting). Wat ook vaak terugkomt in definities is de mogelijkheid om mee te kunnen doen en erbij te horen.
- Diversiteit: Diversiteit gaat over alle mogelijke aspecten waarop mensen van elkaar (kunnen) verschillen. Dit zijn dus zowel zichtbare, als niet zichtbare verschillen. Denk aan leeftijd, etniciteit, kledingstijl maar ook normen en waarden, sociaal economische positie en (geloofs)overtuigingen.
Wil je meer weten over deze twee begrippen? Lees dit essay van Movisie dan eens.